Uw echtscheiding is niet zomaar geregeld. Zeker niet, als u en uw partner het niet eens zijn. Belangen zijn vaak tegenstrijdig en dus dient er dan rekening mee te worden gehouden, dat u via de rechter vele maanden onderweg kunt zijn, voordat er duidelijkheid komt aangaande de gevolgen van de scheiding.

Tussentijds kan er behoefte ontstaan aan voorlopige maatregelen rond alimentatie, het huis of de kinderen. Of wellicht behoefte ontstaan aan het veiligstellen van een goed of financieel belang. In dat geval is het mogelijk om naast de scheiding nog aparte procedures in te stellen. Zoals een voorlopige voorzieningen procedure, een kort gedingprocedure en/of een beslagprocedure.

Voorlopige voorzieningenprocedure

Zoals aangegeven zal elk scheidingstraject tijd in beslag nemen. Zelfs wanneer u het over veel gevolgen samen eens bent. Er kan dan behoefte ontstaan aan tijdelijke afspraken. Afspraken die moeten gelden bijvoorbeeld voor de duur van de scheidingsprocedure of voor de duur dat de gezamenlijke woning nog niet is verkocht en overgedragen. Indien partijen niet in staat zijn om in goed onderling overleg tijdelijke afspraken te maken, dan kan de rechter in een voorlopige voorzieningenprocedure om een tijdelijke oplossing worden gevraagd ‘voor de duur van het geding’. Dit gaat dan over noodvoorzieningen aangaande de volgende onderwerpen:

  • het tijdelijk exclusief gebruik van de woning, met bevel dat de ander de woning zal moeten verlaten;
  • het beschikbaar stellen van de goederen voor dagelijks gebruik, eventueel ook die van de kinderen;
  • een voorlopig toevertrouwen van kinderen;
  • een voorlopige bijdrage in de kinderkosten (kinderalimentatie);
  • een voorlopige zorgverdeling;
  • een voorlopige bijdrage in de kosten van levensonderhoud (partneralimentatie);
  • een voorlopige regeling voor het krijgen van informatie aangaande de kinderen;
  • een voorlopige regeling rond het betrokken worden bij belangrijke beslissingen rond de minderjarige kinderen.

De voorlopige voorzieningenprocedure start met een verzoekschrift aan de rechter. De rechter zal een zittingsdatum bepalen (meestal rond drie weken later dan het verzoek) en de andere partij uitnodigen om voor die datum (maar uiterlijk op de zitting) verweer te voeren. Natuurlijk mag die verwerende partij zelf ook verzoeken voor de voorlopige voorzieningenprocedure indienen. In deze procedure wordt geen diepgaand onderzoek gedaan. Het is vooral een noodmaatregel. De rechter zal naar aanleiding van de mondelinge behandeling knopen doorhakken. Die uitspraak volgt meestal twee weken na de zitting. Tegen de uitspraak van de rechter kunnen partijen in beginsel niet in hoger beroep. De door de rechter getroffen maatregelen zullen in beginsel gelden, totdat de definitieve gevolgen van de scheiding zijn komen vast te staan. Als omstandigheden wijzigen, dan kan wel een wijziging van de uitspraak worden gevraagd.

Het kort geding

Voor samenwoners geldt de voorlopige voorzieningenprocedure niet. In dat geval kunnen voorlopige maatregelen getroffen worden via een zogeheten kort geding procedure. Die procedure kan ook worden benut voor spoedeisende zaken die zich niet lenen voor een voorlopige voorzieningenprocedure. Zoals het vragen van een voorschot op uw aandeel in de te verdelen goederen. Of het afdwingen van nakoming van gemaakte afspraken, bijvoorbeeld ten aanzien van het in de verkoop zetten van de woning.

De kort gedingprocedure start met een dagvaarding. Aan de hand van de inhoud van de dagvaarding bepaalt de rechtbank een zittingsdatum en uiterlijk op de zitting moet de ander verweer bieden. De rechter zal naar aanleiding van de zitting en de stukken vonnis wijzen.

Beslag

De beslagprocedure is er vooral, om voor uzelf zekerheid te scheppen. Er kunnen namelijk omstandigheden ontstaan, die het nodig maken om bepaalde handelingen te blokkeren. Om ervoor te zorgen, dat na het doorhakken van de knopen in de scheidingsprocedure er nog voldoende over is om u recht te doen.

Die zekerheid kan worden geregeld door beslag te leggen op bepaalde goederen. Ofwel om genoeg geld nog aanwezig te hebben voor de afronding (beslag op een bankrekening) of om te zorgen dat een bepaald goed nog voorhanden is en niet verkocht aan een ander (beslag op het betreffende goed). Een dergelijk beslag kan rust brengen in dreigende situaties, zoals bijvoorbeeld het door uw toekomstig ex-partner dreigen met een permanent vertrek naar het buitenland.

De beslagprocedure begint met een beslagverzoek aan de rechter. Na diens goedkeuring zal via de deurwaarder het verlangde beslag worden gelegd. En als het om een goed gaat en het verlof daartoe is verleend, kan het ook zijn dat het goed zelf ergens mag worden veilig gesteld in afwachting van de echtscheidingsprocedure.