Vermogensafwikkeling

Afhankelijk van uw omstandigheden, zullen er door het uit elkaar gaan ook gevolgen zijn voor de bezittingen en schulden. Daarbij moet onderscheid worden gemaakt tussen de volgende situaties.

Samenwoners

Steeds meer mensen kiezen ervoor om niet te trouwen of een geregistreerd partnerschap aan te gaan. Zij kiezen voor samenwonen. De hoofdspelregels voor samenwoners zijn beperkter dan die voor gehuwden. Slechts de algemene regels voor vermogensrecht gelden voor zij die samenwonen.

Omdat in het dagelijkse leven van samenwoners inkomen, uitgaven, besparingen, eigendom en gebruik de neiging hebben om door elkaar te gaan lopen, is het zeer verstandig om in het kader van die samenleving afspraken te maken in een samenlevingsovereenkomst. Belangrijk is ook, om dan naar die afspraken te leven. Daarmee wordt het niet alleen eenvoudiger en overzichtelijker tijdens samenzijn, maar is er uiteindelijk ook beter te bepalen wie welke rechten en plichten heeft bij uiteengaan.

Als samenwoner is het verstandig om in de aanloop naar het einde van de relatie vooral tijdig advies in te winnen bij ons team. Termijnen waarbinnen vorderingen moeten worden ingesteld kunnen eerder starten dan bij een ontbinding van het huwelijk en dus ook eerder eindigen. Je loopt dus de kans, dat bepaalde vorderingen vervallen / verjaren wanneer je deze niet snel genoeg instelt.

Huwelijk/Geregistreerd Partnerschap

Voor het huwelijk en het geregistreerd partnerschap gelden dezelfde regels. Zowel in de Wet als in de rechtspraak worden deze als gelijk gezien. Dat is mogelijk slechts anders, wanneer er internationale aspecten aan de scheiding verbonden zitten. Niet alle landen (er)kennen het Nederlandse geregistreerd partnerschap.

In geval van het huwelijk/ geregistreerd partnerschap moet onderscheid worden gemaakt tussen enerzijds de gemeenschap van goederen en anderzijds het opmaken van huwelijkse voorwaarden/partnervoorwaarden.

Indien u bij aanvang van of tijdens het huwelijk / geregistreerd partnerschap niets heeft laten opstellen bij de notaris, dan bent u automatisch in gemeenschap van goederen gehuwd.

Huwelijken gesloten voor 1 januari 2018 vallen nog onder de oude regeling van een algehele gemeenschap van goederen. In beginsel vallen daarbij alle bezittingen en schulden die bestaan op de datum van het echtscheidingsverzoek onder de te verdelen gemeenschap van goederen. Uitzondering geldt voor schenkingen en nalatenschappen die zijn uitgesloten via een zogeheten ‘uitsluitingsclausule’.

Is uw huwelijk / geregistreerd partnerschap op of na 1 januari 2018 gesloten? Dan spreken we van een beperkte gemeenschap van goederen, omdat niet alle bezittingen en schulden in de wettelijke gemeenschap vallen. Alleen de bezittingen en schulden die vóór het huwelijk of geregistreerd partnerschap van u samen waren (overigens ongeacht de verhouding) en de bezittingen en schulden die tijdens de gemeenschap van goederen zijn ontstaan, behoren tot de gemeenschap. Erfenissen en schenkingen vallen bij deze beperkte gemeenschap van goederen buiten de huwelijksgemeenschap, tenzij anders is bepaald door de schenker / erflater.

Indien u via de notaris voor of tijdens het huwelijk / geregistreerd partnerschap wel huwelijkse voorwaarden bent aangegaan, dan zal de inhoud van deze voorwaarden bepalen wat de vermogensrechtelijke gevolgen zullen zijn van uw scheiding. Daarbij kan heel belangrijk zijn, of er ook daadwerkelijk naar die afspraken is geleefd. Indien dat niet het geval is, dan kan dat grote gevolgen meebrengen voor de uitwerking in het kader van de scheiding. Wanneer de tekst van de huwelijkse voorwaarden op verschillende manieren kan worden uitgelegd, dan kan het zijn dat vooral de bedoeling van partijen bij het opstellen van de bepalingen zeer belangrijk is. Die bedoeling zal dan wel moeten worden aangetoond.

Wanneer u en uw partner moeten vaststellen, dat het bestaande huwelijksvermogensregime (de gemeenschap van goederen of de bestaande huwelijkse voorwaarden / partnervoorwaarden) niet aansluit bij hetgeen u beiden in verband met het einde van de relatie wilt afspreken, dan kan er onder omstandigheden in het zicht van de scheiding via nieuwe huwelijkse voorwaarden nog een aanpassing plaatsvinden.

Belangrijk: leg niet te snel onderling afspraken vast. Win altijd eerst advies in aangaande de impact op het geheel, zodat onwenselijke gevolgen en fiscale valkuilen kunnen worden voorkomen.

Pensioenafwikkeling

Ouderdomspensioen

Scheiden als echtgenoten of geregistreerd partners geeft wettelijk recht op het ouderdomspensioen van je ex-partner, zover als dat tijdens huwelijk is opgebouwd. Voor- en nahuwelijks pensioen blijft buiten die verevening. Dit recht op verevening vloeit voort uit de Wet Verevening Pensioenrechten bij Scheiding (Wet VPS). In huwelijkse voorwaarden kan de toepassing van de Wet VPS zijn uitgesloten.

Voor samenwoners bestaat die aanspraak op de Wet VPS niet. De toepasselijkheid ervan kan wel zijn vastgelegd in uw samenlevingsovereenkomst. Maak daarbij wel onderscheid tot het toepassen van de Wet VPS en het simpelweg tijdens de relatie bij samenlevingsovereenkomst elkaar als pensioenpartner aanwijzen. In het laatste geval is na uiteengaan die aanspraak komen te vervallen en is niet zonder meer nog een beroep te doen op de in de Wet VPS opgenomen vereveningsaanspraak.

De Wet VPS schrijft bij einde huwelijk / geregistreerd partnerschap een standaardverevening voor, maar geeft partijen ook de mogelijkheid om van de wettelijke verevening af te wijken. Kort beschreven gelden daardoor de volgende opties:

  • de standaardregeling (50%-50%);
  • afwijkende vereveningsdelen;
  • conversie;
  • afstand van de pensioenrechten.

Het gaat te ver om op deze site heel gedetailleerd in te gaan op de hiervoor beschreven mogelijkheden. Zij zullen uitvoerig met u worden besproken tijdens de scheidingsroute. Voor nu wordt erop gewezen, dat de afspraken rond pensioenrechten belangrijker zijn dan u wellicht denkt. Ga dus niet te lichtvaardig om met dit onderdeel van de gevolgen van de scheiding en laat u goed informeren. Onder andere aangaande de verschillen in waarden en voorwaarden van de tijdens huwelijk over en weer opgebouwde pensioenaanspraken. U kunt daar enig zicht op krijgen via uw pensioenfonds en www.mijnpensioenoverzicht.nl. U benodigt daarbij wel uw Digid.

Zodra de scheiding een feit is, zal binnen twee jaar na de echtscheiding elk pensioenfonds via een speciaal daarvoor in het leven geroepen pensioenformulier moeten worden ingelicht over de echtscheiding en over de gemaakte afspraken rond verevening van het pensioen. Verstrijken die twee jaren zonder dat er actie is ondernomen, dan vervalt in beginsel de verplichting van het pensioenfonds om de verevening uit te voeren. Daarmee vervalt echter niet de verplichting van partijen om het pensioen te delen. Partijen zullen dan rond de pensioengerechtigde leeftijd zelf inhoud moeten gaan geven aan de verevening zoals die is voorgeschreven. Dit is onnodig ingewikkeld, om welke reden nadrukkelijk wordt geadviseerd om tijdig te berichten.

Indien er pensioenrechten zijn opgebouwd buiten Nederland, dan vallen die hoogstwaarschijnlijk niet onder de werking van de Wet Verevening Pensioenrechten. Er is dan wel recht op verdeling, maar het buitenlandse pensioenfonds heeft geen verplichting om mee te werken aan de uitvoering ervan. Wanneer van vrijwillig meewerken van het pensioenfonds geen sprake is, dan zal er tot een andere verdeling/splitsing moeten worden gekomen.

Ons team kan, waar nodig via de specialisten in ons netwerk, zonder meer helpen om tot een oplossing van uw pensioenvereveningsvraagstukken te komen.

Partnerpensioen (nabestaandenpensioen)

Naast ouderdomspensioen kan er ook partnerpensioen zijn opgebouwd. Partnerpensioen is het nabestaandenpensioen, dat bij overlijden van de ouderdomspensioengerechtigde wordt uitgekeerd aan de (ex-)partner. De opbouw is niet verplicht en tevens kan de aanspraak op risicobasis (en niet kapitaalbasis) zijn. In geval van een risicoverzekering is er na scheiding geen partnerpensioenpot.

Is er wel nabestaandenpensioen aan de orde, dan behouden partijen het recht op het voor elkaar opgebouwde partnerpensioen/bijzonder partnerpensioen. De tot de echtscheiding opgebouwde waarde wordt premievrij bewaard voor de ex-partner. Ook de opbouw in de voorhuwelijkse periode kan daaronder vallen, wanneer er op dat moment geen sprake van een ander huwelijk was. In geval van een bijzonder partnerpensioen zal de ex-partner uitkeringen gaan ontvangen, wanneer de andere partner komt te overlijden. Levenslang.

Ook hier is er overigens keuze om anders met deze aanspraken om te gaan. Het recht op partnerpensioen kan worden uitgesloten of op andere wijze verwerkt. Bedenk wel, dat het pensioenfonds wettelijk niet verplicht is om aan andere afspraken mee te werken. Het is verstandig om vooraf het desbetreffende pensioenfonds te betrekken en informatie in te winnen.

Nieuw stelsel

De Wet Verevening Pensioenrechten bij Echtscheiding staat op het punt om te veranderen. Het nieuwe stelsel zou er toe kunnen gaan leiden, dat niet alleen aanspraken op een deel van het pensioen van de ander ontstaan, maar ook het recht om afsplitsing van die aanspraken en registratie op naam van de ander te vorderen.

Daarmee wordt een eigen pensioenaanspraak uit de aanspraak van de ander mogelijk gemaakt. Het is na die stap dus niet langer meer een recht op een deel van het pensioen van de ander. Het keert ook niet meer terug bij de partij die het ooit heeft opgebouwd. Ook niet wanneer de ex-partner overlijdt.

De ingangsdatum van dit nieuwe stelsel is inmiddels al een paar keer opgeschoven en lijkt nu in 2027 aan de orde te komen.